Falalalalille

Een dagje er tussenuit, dat was het plan, om toch dat kerstvakantiegevoel een extra boost te geven. We wonen belachelijk dicht bij de Franse grens, dus Lille ofte Rijsel smeekte al jaren om een verkenning. Een tiental jaar geleden waren we er al eens op daguitstap geweest, op een maandag, sluitingsdag van alle leuke, kleine winkeltjes, geen strak plan dus. En van het station Lille Flandres naar dat van Lille Europe met een valies sleuren om de tgv te halen, telt uiteraard niet mee. Nee, deze keer zouden we het eens déftig doen.

DSCN1636DSCN1637DSCN1638DSCN1644Eerste halte: Tri Postal, een voormalig postsorteercentrum vlak naast het station Lille Flandres (je ziet de treinen vanuit het café aankomen en vertrekken) dat omgebouwd werd tot een centrum voor moderne kunst. Als je er voor 12 januari geraakt, kan je nog ‘Happy birthday’ meepikken, een tentoonstelling naar aanleiding van de 25ste verjaardag van galerie Perrotin. Wim Delvoye, Maurizio Catellan, Takashi Murakami, Damien Hirst, iemand? Ja, onder de indruk, kon je ons wel noemen. Leuke setting, gevarieerde tentoonstelling en voor de liefhebbers van een extraatje: op zaterdag kan je alles in een paardenkostuum bezoeken. Hier keren we zeker nog eens terug (op een zaterdag in plaats van een vrijdag volgende keer)!

Deel één geslaagd, deel twee: wat heeft Lille zoal te bieden qua leuke adresjes? Rue de la Clef kwam uit mijn research als de te bezoeken straat, maar ondanks of misschien net door het druilerige weer (natte jas aan, natte jas uit, nee dank u) waren we nauwelijks geneigd om de vele boetiekjes binnen te stappen. Als die al open waren: opvallend veel kleine zaakjes hadden een gesloten deur en dat 2 dagen na kerst, op een vrijdag, euhm, niet zo commercieel gericht, die kleine handelaars in Rijsel?

Je vindt in Rijsel heus wel enkele leuke adresjes, voor kinderspulletjes en cadeautjes kan je bijvoorbeeld bij Le Petit Souk terecht. Iets gelijkaardigs, maar nog net iets meer romantisch en volwassen getint was Les Cousines de Léon in Rue Royale. Die straat herbergt ook heel wat eetadresjes, grappig genoeg meestal alles behalve Frans getint: we spotten onder andere Le Berliner, een kroeg waar je hamburgers kan eten in een vintage decor en ook een andere eetzaak in American diner stijl.
BD + café vind je aan het begin van de straat: een winkel volgestouwd met àlles wat je ook maar kan bedenken qua strips, inclusief manga, comics en graphic novels (let wel: alles in het Frans) en een cafeetje waar de klanten vrolijk tetteren over een koffietje.
Een straat verder wist Funny Vintage me ook wel te charmeren: vintage interieurspullen, kledij én platen en een cafeetje, een soort mini concept store dus, quoi.

DSCN1655Platenzaken vind je ook best in Rijsel, Besides Records was volgens ons de topper: ok, iets aan de prijzige kant, maar wel een uitstekende, uitgebreide selectie, een zithoekje en werken van jong grafisch talent aan de muren. Enthousiaste crate diggers konden er ook in ferm afgeprijsde bakken vol tweedehandse platen snuisteren.

DSCN1653Onze knorrende maag deed ons stoppen aan een klein zaakje dat ons meteen opviel door de naam: De rode koe. Bleek dat een Vlaamse de zaak uit de grond gestampt had, we kregen niet echt de kans om haar uit te horen, maar de risotto met boschampignons was lekker genoeg om ons nog wel ooit eens te doen terugkeren. Leuk adresje dus: een sober interieur met een authentiek tintje, absoluut niet duur én bio-organisch gericht.

We dachten om af te sluiten bij Chez Léontine, een theesalon met minibiowinkeltje en vooral heerlijke dessertfoto’s op hun facebookpagina, maar helaas: de vakantie was daar blijkbaar ook al ingezet dus veel meer dan de paarse rolluiken hebben we van het zaakje niet gezien. Nu, Chez Léontine vind je vlakbij het Palais des Beaux Arts, dus te onthouden voor als we die ooit nog eens bezoeken.

Conclusie? Zelf zou ik niet speciaal naar Lille terugkeren om te winkelen. Voor museumbezoeken en de rijke, gevarieerde architectuur wel. Tenzij enkele zaken mij compleet ontgaan zijn? Tips altijd welkom!

O, dennenboom op Fiat

Soms kan ik wel eens tilt slaan van al het geblog, getumblr, gesmoeltjesboek, gepin en watnogmeer op het net. Was ik net bijna klaar met een grondige grote winterschoonmaak doorheen al mijn favoriete links, moest ik toch even lachen bij de nieuwe tumblr van Oh Happy Day! Haar Fiat wordt in San Francisco zodanig veel als curiosum gefotografeerd dat ze op een gegeven moment zélf foto’s begon te nemen van de mensen die foto’s ervan nemen: en People Taking Pictures of my Car was geboren.

Nu, als je een kerstboom op het dak van je Fiat bindt, vraag je er volgens mij wel om.

Inside Llewyn Davis

Joel en Ethan hebben het weer maar eens gefixt: de nieuwste film van de Coen broertjes blijft nazinderen in je hoofd, als het niet visueel is, dan zeker muzikaal.

‘Inside Llewyn Davis’ volgt de berooide folkzanger – hoe raadt u het? – Llewyn Davis terwijl hij in het New York van begin jaren ’60 zijn carrière uit het slop probeert te sleuren na de dood van zijn zangpartner. Oscar Isaac vertolkt Llewyn overtuigend als een schitterend klootzakske (overnachtingen op sofa’s afdwingen, de vriendin van zijn beste vriend zwanger maken, sympathiek is iets anders). En toch kan je niet anders dan Llewyn toch best leuk te vinden: misschien ligt het aan zijn compromisloze aanpak (royalty’s voor een dwaas commercieel liedje laat hij zonder verpinken links liggen) of het feit dat zijn nummers die hij voor onverschillige platenbonzen demonstreert echt wel goed zijn? Of ligt het gewoon aan de kat?

Naast alle hilarische karikaturale nevenpersonages (de militair met muziekambities, de oude kraai slash secretaresse van de platenbaas, Coen-habitué John Goodman als jazzartiest met darmproblemen en zijn zwijgzame chauffeur zijn nog maar enkele van de eindeloze resem) is de kat misschien nog het beste gecast als nu eens minachtend, dan weer liefkozend of gewoon een noodlottig wezen.

De broertjes Coen laten je tot in je kleine teentje voelen dat deze zoveelste antiheld waarschijnlijk geen happy ending tegemoet ploetert, maar door de vele lachwekkende, cynische personages verzinkt ‘Inside Llewyn Davis’ nooit in een zwaarmoedig drama. En dan vergeten we nog de schitterende soundtrack, geschreven door T Bone Burnett (ken je misschien nog van ‘O Brother, Where Art Thou?’).

Een historie van falen in een ontspannend jasje gegoten, met hier en daar een vette knipoog in verstopt, yep, dit moét wel een Coen film zijn.

Playtime

Bij de neefjes van mijn vriend hebben we het maar al te vaak gezien: krijgen die jongens superduur speelgoed, dan zijn ze aan het eind van de dag gegarandeerd druk in de weer met het grootste prul dat ze gekregen hebben. Kinderen hebben vaak niet veel nodig, hun fantasie is al fun genoeg.

Zo merkte Becky dat haar éénjarige koter de rug van mama en papa nog de beste plaats vond om met treintjes en auto’s te spelen. Dus waarom geen T-shirts maken met autobanen en treinsporen op de rug gedrukt? Kunnen de kindjes genieten van uren speelplezier en mama en papa van een gratis rugmassage.

Etsy shop bkykid

Watch it again, Sam: 80’s video clips

Mocht je mij vragen wat mijn vroegste herinneringen zijn, dan kom ik uit bij het zien van tv-reeksen of vooral videoclips. Of dat nu wil zeggen dat ik gewoon van kleins af aan nogal visueel ingesteld was, dan wel of mijn ouders me te veel voor tv zetten als peuter, laat ik in het midden. Als kind van de jaren ’80 zijn er uiteraard enkele klassiekers: ‘Thriller’ van Michael Jackson (talloze nachtmerries aan overgehouden), ‘Take on me’ van a-ha (clip wordt animatiefilm wordt strip wordt clip, als klein kind moest dit wel een impact hebben) en uiteraard ‘Sledgehammer’ van Peter Gabriel, een clip die gewoon nooit verveelt:

Schitterend toch en terecht verschillende awards gewonnen! Lange tijd dacht ik trouwens dat ik nachtmerries overgehouden had aan de clip van ‘In the air tonight’ van dat ander Genesislid, Phil Collins. Ik herinnerde me iets van water (door de tekst van ‘In the air tonight’ kwam dus de verwarring) en karikaturale poppen, maar vandaag heb ik dus ontdekt dat het eigenlijk om een video van Genesis zelf ging: ‘Land of Confusion’ (met poppen van de makers van ‘Spitting Image’). Omdat ik nog steeds geen lekker gevoel erbij krijg, dacht ik om ‘m toch maar niet in deze post te zetten. Zoek maar ‘s op dus.

Terug naar ‘Sledgehammer’: aan deze clip werkten o.a. de mensen van Aardman (‘Wallace & Gromit’ iemand?) mee. Blijkt dat een andere videoclip die mij bijgebleven is uit mijn kindertijd ook door hen gemaakt is, een claymation video uit 1987 van Nina Simones ‘My baby just cares for me’:

En dan nog eentje waar ik naar het schijnt als peuter krom van lag van het lachen (tja): ‘Living doll’ van Cliff Richards met The Young Ones. Omdat een beetje nostalgie geen pijn doet: